Bij autobus 53 wordt geschreven over Vermaat, een bedrijf dat vroeger eigen lijndiensten uitvoerde en dit daarna als trajectvervoerder deed ten behoeve van streekvervoerder ZWN. Een vergelijkbaar bedrijf is Van Oeveren uit Zierikzee.
Oprichter was de heer C.H. van Oeveren. Hij startte in 1927 met, hoe kan het ook anders, een T-Fordje een dienst op het eiland Schouwen-Duiveland. Deze lijn voerde van Zierikzee naar Ellemeet. Het bedrijf breidde zich gestadig uit, zowel de lijndienst als het overige vervoer.
Nadat in 1951 de lijndienstvergunning was overgegaan naar de RTM, bleef Van Oeveren toch met eigen materieel lijndiensten rijden. Nu echter op contractbasis, als trajectvervoerder. Dit gebeurt ook vandaag de dag nog. Omdat het bedrijf daarnaast ook toerwerk bleef doen, waren veel bussen te beschouwen als semi-toerwagens. Dat wil zeggen: bussen die geschikt zijn om zowel als lijndienstbus als als touringcar te worden gebruikt. Vaak werden de bussen na een aantal jaren en soms na enige aanpassing, alleen nog maar ingezet op de lijndienst.
Zo verging het ook autobus 23. Deze DAF uit 1969 had een carrosserie van Domburg en een achterin geplaatste motor, een zogenoemde “Heckmotor”. Na verloop van tijd verdwenen de gordijntjes en de wieldoppen, werd streekgeel zijn nieuwe kleur en werd de bus eigenlijk alleen nog maar op de lijndienst gebruikt. Toen ook dat verleden tijd was, bleef de wagen toch bewaard. Samen met bus 17, een door Van Oeveren in eigen beheer gerestaureerd Mercedesje uit 1962, vormde de 23 de “museumvloot”.
Nadat er in de jaren daarvoor al diverse malen op plezierige wijze contact tussen Van Oeveren en de SVA was geweest, werd de bus in 1994 in eigendom overgedragen aan de SVA.
|
