De geschiedenis van deze bus
|
Na de aflevering in 1967 van de 441 als laatste bus uit de serie Leylands met Jonckheere carrosserie (waarvan de CVD 438 als museumbus bij de SVA bewaard is gebleven) duurde het zo’n tien jaar voordat de Centrale vervoersdienst van de gemeente Nijmegen (CVD) weer nieuwe bussen aanschafte. In die tussentijd werden veel DAF MB/Den Oudsten standaard streekbussen gehuurd van de Zuidooster. Nadat er in 1976 twee stadsbussen uit Amsterdam op proef waren geweest, sloot Nijmegen zich in 1977 aan bij de steden die reden met DAF/Hainje standaard stadsbussen. Na de 500-serie (DAFs SB 210 van de typen CSA I en CSA II) kwam in de periode 1989-1993 in gedeelten de serie 601-647 in dienst. Dit waren Daf’s SB 220 die wederom werden gebouwd in de fabriek van Hainje te Heerenveen (vanaf 1990 overigens onderdeel van het Berkhof concern). De laatste bus van de serie, de 647 die in januari 1993 in dienst kwam, was een bijzondere. Als proef werd deze namelijk opgebouwd uit roestvrij staal, om zo een grotere duurzaamheid van de constructie te bereiken. Ook bijzonder was dat deze bus later als enige uit zijn serie een digitale lijn- en routeaanduiding kreeg, in plaats van nummer- en richtingfilms. Na de buitendienststelling van de 600-en in 2008 volgde de 647 zijn seriegenoten niet naar warmere Afrikaanse oorden, maar werd genereus door de directie van Novio Vervoer (sinds januari 1997 de rechtsopvolger van de CVD) aan de SVA geschonken. Zodoende heeft nu ook de “proefbus roestvrij staal” de status van museumbus.
|
|
